Kop Afb koppeling naar startpagina

Onderwijs - Toezicht

In dit decennium wordt de traditionele Inspecteur van het Onderwijs vervangen door een Visitatiecommissie. Dat paste in het beeld van 'meer vrijheid voor de instituten, maar (veel) meer controle".

1992 - De eerste visitatie. Er werd toen een Zelfevaluatie-rapport samengesteld door Kees van Iersel, tezamen met de Georges Fukkink die toen voorzitter was van de Kwaliteitscommissie (wel aangeduid als de 'opperkwal'). Alle vakken en vaksecties dienden hun opzet uitgebreid te beschrijven volgens een gegeven stramien.

De meeste docenten hadden daar weinig zin in, zagen de noodzaak er niet zo van in. Zij wentelden hun onvrede soms af op Georges. Die liep op gegeven moment rond in de aula en de docentenkamer met een muts uit kranten gevouwen met groot geschreven de tekst: 'Kop van Jut'.

  • Georges Fukkink
  • X-sluit

Georges Fukkink was docent pedagogiek en onderwijskunde en deed veel 'bovenvakkelijk werk'. Hij werd coördinator van de kwaliteitscommissie.
Onder docenten bestond heel veel ongenoegen over het nieuwe fenomeen 'Visitatiecommissie', dat zij beschouwden als weer iets vanuit 'Zoetermeer' of 'Den Haag' (MInisterie). Het ongenoegen richtte zich soms op Georges, die als een soort schild-tegen-de-boze-buitenwereld functioneerde, als een 'Kop van Jut'.
Hierover gaat dit videofragment, waarin Georges tevens vertelt dat hij het desondanks een 'leuke, uitdagende klus' vond.

(Interview 2007; 2:13)

Georges Fukkink vertelt over zijn rol als 'Kwaliteitscoördinator'.

De Visitatiecommissie stond onder voorzitterschap van prof. L.M. Stevens, Universiteit Utrecht, voorvechter van het 'adaptief onderwijs'. Deze commissie bestudeerde de aangeleverde stukken, sprak met allerlei geledingen binnen de Ipabo. Het oordeel luidde, kort door de bocht geformuleerd: "De commissie twijfelt niet aan de kwaliteit van de docenten, maar constateert veel te weinig samenhang in het curriculum". Tevens oordeelde de commissie dat er te weinig 'pedagogische lijn' in het programma aanwezig was.

Veel pabo's in het land waren weinig tevreden met de visitatie. Algemeen had men het gevoel dat de commissies wel erg hun 'eigen lijn' en visie volgden. Tevoren was ook niet goed bekend waaróp de commissies zouden letten.

Toch moest er wel een interne reactie volgen. John Verhallen formeerde in 1992 een nieuwe IWP-commissie die in samenwerking met het hele team een sterk aangepast en deels nieuw curriculum formuleerde.

1995 - Vervolgvisitatie. Vanuit de IWP-groep maakte een drietal docenten een aantal werkdocumenten als schema voor de vernieuwde opleiding.

2e Visitatievoorbereiding Drie docenten (links rechts: Jan Jobse, Kees van Wissen, Georges Fukkink) stelden in 'splendid isolation' het stuk 'Werken aan de Basis' samen. Dat werd breed besproken in het docententeam. Het resultaat was het vernieuwde curriculum waarbij ongeveer de helft van de opleidingstijd in de vorm van PGO werd gegoten, en de andere helft in modulen bleef bestaan. De stage werd waar nodig aangepast.
Het vele werk werd beloond met een maaltijd bij de Chinees.

Na zorgvuldige voorbereiding (waaronder vele studiedagen) werd gekozen voor een curriculummodel waarin enerzijds de vakmodulen deels gehandhaafd werden en anderzijds een vorm van Probleem Gestuurd Onderwijs (PGO) werd geïnitieerd. Hierin konden vakdocenten een bijdrage leveren. Doel was te komen tot een meer praktijkgeoriënteerde en meer samenhangende vorm van opleidingsonderwijs, dat duidelijk geënt was op de beroepspraktijk.

Er kwam een groep tutoren, die gezamenlijk het PGO verder ontwikkelde, en in nauwe samenwerking met de IWP-groep een evaluatiesysteem ontwierp en hanteerde.

Op grond van alle ontwikkelingen werd voor de vervolgvisitatie een nieuw Evaluatierapport samengesteld. De visitatie verliep nu aan de hand van tevoren meegedeelde kwaliteitsnormen, de 'ijkpunten'. Dat was een vooruitgang ten opzichte van 1992. De Visitatiecommissie onder leiding van drs. S.J. van Eijndhoven ('Bas') verliep goed. De Ipabo kwam hoog in de 'ranking' te staan (ofschoon die term toen nog niet gebruikt werd). De Pabo-afdeling van de HvA verging het minder goed. Deze opleiding kreeg een gele kaart, en er dreigde een rode. John Verhallen heeft toen 'ons' programma verkocht aan de HvA - voor een leuk bedrag.

Er kwamen nog twee vervolgvisitaties, in 1998 en 2002. Studielast en studeerbaarheid waren sleutelbegrippen geworden. Kwaliteitsaspecten werden scherper geformuleerd. De Ipabo kwam in beide visitaties redelijk uit de verf, zij het dat in 2002 een probleem ontstond met een kritische brief van deeltijdse studenten, die echter niet gecommuniceerd was met de schoolleiding.

  • John Verhallen
  • X-sluit

In dit fragment vertelt John Verhallen iets over de verschillende visitatierondes: 1992, 1995, 2002.

De eerste visitatierondes maakten heel veel los. Er werd flink gewerkt, veranderd en verbeterd.

Later werden ze wat 'vlakker', het werd 'gewoon'. In het decennium 2001-2010 werd aan de visitatie de accreditatie verbonden.

(Interview 2009; 2:07)

John Verhallen over de visitatierondes.