Kop Afb koppeling naar startpagina

Personeel

Medewerkers FTE Rond 2005-2007 werkten aan de Hogeschool Ipabo 168 mensen, 128 FTE´s. Vanaf 2008 - 2009 trad duidelijke krimp op, door de verminderende studentenaantallen. In 2010 werden 19 FTE's afgebouwd, met behulp van een sociaal plan. Later moest deze vermindering voortgezet worden.

College van Bestuur

In het begin van het decennium bestond het CvB (de vroegere 'directie') uit John Verhallen, voorzitter, en Jan Jobse, lid.

1 februari 2003 John nam officieel afscheid met een groot feest. Hij heeft er dan precies 15 jaar als directeur, later vzCvB, opzitten. Er werd een grote reünie gehouden waaraan honderden oud-studenten deelnamen - en op de foto gingen.

Eind 2002: als opvolger werd Maarten Denters benoemd. Onder hem werd de organisatiegraad van de Ipabo vergroot, en werd het bestuur vervangen door een Raad van Toezicht (RvT).

Juni 2009: CvB-lid Jan Jobse neemt in grootse stijl afscheid met een feest in landgoed 'Elswout' te Overveen (rechts). Hij had te maken met de eerste accreditatie, en ging weg op het moment dat allerwegen werd gedacht dat de accreditatie positief afgesloten zou worden. Dat bleek naderhand niet zo te zijn. Hij wordt opgevolgd door Winfried Roelofs.

Jan Houben2010: Maarten Denters treedt -min of meer gedwongen- terug tengevolge van de verkeerd gelopen accreditatie. Officieel gaat hij op 1 augustus 2010 weg, maar al in juni neemt hij afscheid. Hij wordt tijdelijk vervangen door Jan Houben (< links), voormalig bestuurslid Fontys Hogescholen.

 

  • John Verhallen
  • Jan Jobse over John
  • Maarten Denters
  • Bezoldiging
  • Jan Jobse
  • X-sluit

Met het afscheid van John werd een tijdperk afgesloten. Een tijd waarin de Ipabo nog een platte structuur had en docenten en directieleden makkelijk bereikbaar waren voor elkaar en voor studenten. John had zeker minder prettige kanten: soms was hij narrig, soms ook werd hij tijdens vergaderingen onredelijk kwaad en liep dan weg, en kon hij lang niet altijd goed omgaan met collega-directieleden. Zo was het overdragen van bevoegdheden vaak een punt van wrijving.

John achter zijn bureau in de vroegere directiekamer, met achter hem zijn indrukwekkende bibliotheek. Daarin stonden veel kinderboeken, een wereld waarin John ook actief was. Vooral door zijn activiteiten op dit gebied beschikt de Ipabo over een rijk gevulde bilbliotheek 'Jeugdliteratuur'.

Ga met de muis over de foto: John in een inschikkelijke bui.

John had echter ook heel veel prettige kanten: hij kon charmant zijn, kon mede daardoor veel gedaan krijgen, zoals bijvoorbeeld losweken van geld bij de Steunstichtingen. Vele collega's herinneren zich nog de welhaast bourgonische buffetten, al dan niet koud, en de luxe taartjes waarop de vroege starters aan het begin van het schooljaar werden onthaald. In de openingsvergadering van het cursusjaar kregen de collega's die in dat jaar gingen jubileren, al een 'medaille' uitgereikt. Een geste die op prijs gesteld werd!

Aan het einde van dit interview noemt John desgevraagd enkele kenmerken van een 'goede directeur'.

De vraag kan gesteld worden of deze kenmerken in het post-John tijdperk nog opgeld doen.

Interview 2009; 0:48

John Verhallen heeft zeer grote verdiensten gehad voor de Ipabo. Toch was hij niet onomstreden. Samenwerking met collega's in de directie liep lang niet altijd even goed.

Jan Jobse heeft in verschillende kwaliteiten met John samengewerkt, als coördinator van specifieke curriculumlijnen, zoals de Imoa en de ISO, en later in de beleidsgroep en weer later als lid van het CvB.

Hier vertelt Jan iets over deze samenwerking en de persoon van John.

Interview 2012; 1:34

In de lente van 2002 werd Maarten Denters na een lange procedure benoemd tot opvolger van John Verhallen. In het CvB had -wat later- ook Jan Jobse zitting.

Maarten kwam uit de onderwijswereld. Opgeleid aan de kweekschool De La Salle te Heemstede, werkte hij enkele jaren als leraar aan een mavo. Hij studeerde aardrijkskunde en werd vervolgens docent aan pabo De La Salle. Later volgde de studie onderwijskunde en werkte Maarten als onderwijsbegeleider en -onderzoeker, onder meer aan het KPC in Den Bosch. Vervolgens was hij enkele jaren Vz-CvB van de Pabo 'De Kempel' in Helmond, alvorens Vz-CvB aan de Ipabo te worden.

Met zijn komst werd de Ipabo meer ambtelijk georganiseerd. Maarten dacht en handelde vanuit modellen, en zo kwam er ook een bestuurs- annex managementsmodel voor de pabo. De organisatie werd complexer en er kwamen managers. Docenten konden hiervoor solliciteren (via de zogenoemde 'Schippersbeurs').

Door de grote vernieuwingen die in dit decennium het HBO en met ook de Pabo's overspoelden, moesten er vele studiedagen en conferenties gehouden worden. Hier werd heel duidelijk dat Maarten uit het begeleidingscircuit kwam: hij kwam met modelmatige voorstellen (links de 'Noordwijkconferentie' in 2004). Het concrete veranderingsproces werd echter door collega's gecoördineerd en dat liep lang niet altijd voorspoedig. Later werd Jan Jobse, lid CvB, de 'trekker' van de onderwijsvernieuwing.

Toen de Ipabo in 2009 de Accreditatie niet verkeeg, trad Maarten (noodgedwongen?) terug en nam hij in juni 2010 afscheid van de Ipabo.

In 2008 en 2009 en latere jaren werden - in navolging van het bedrijfsleven - ook de bezoldiging van de topbestuurders van HBO- en WO-instellingen bekend gemaakt. De HBO-raad publiceert de salarissen van de HBO-bestuurders: zie hier, zoek onder 'Bezoldiging bestuurders hogescholen 2010', of klik op de onderstaande link.

Bezolding bestuurders hogescholen 2010. Zoek onder 'Hogeschool Ipabo'.

Maarten Denters had een hoog inkomen: in 2008 bijna € 167.000,- Hierop bevraagd verklaarde de voorzitter van de Raad van Toezicht, mevr. Jannie van den Hul, dat dit niet in strijd was met de regels. Maarten stond voor 1.1 FTE in de boeken, omdat hij zijn werk combineerde met het voorzitterschap van Interactum. De vergoeding voor die bezigheid werd vergoed door Interactum. Lees het betreffende AOB-artikel.

De bezoldiging van de bestuurders der hogescholen nam in het algemeen in dit decennium fors toe. Sommige HBO-topmanagers 'verdienden' meer dan de minister-president. De salarisophoging was deels het gevolg van de schaalvergroting en deels de toegenomen verantwoordelijkheid. Het CvB is in feite de 'baas' van de instelling en heeft beduidend meer bevoegdheden en verantwoordelijkheden dan de leden van de vroegere directies.
Boven op het vaste salaris kan de Raad van Toezicht een bonus toekennen.

Ook in het HBO namen zo de salarisverschillen toe. Het is wrang te zien dat docenten lager ingeschaald worden dan hun vroegere 'schaal-12' collega's. Het tekent ook de veranderende status van het docentenberoep.

In dit fragment antwoordt Jan op de vraag 'wat als het hoogte- en wat het dieptepunt kan worden beschouwd' in zijn 35-jarige loopbaan aan de opleiding (Magister Vocat, KPA, Ipabo).

Het door hem gebruikte begrip 'vibratie' komt uit de Bommelverhalen, waarin het gebruikt wordt door de schilder Terpen Tijn.

Interview 2012; 2:11

 

Op de tabbladen iets meer over deze vz-CvB en hun bezoldiging.

Personeel

Personeelsbeleid. Dit werd in dit decennium geprofessionaliseerd. Er kwam in de persoon van Petra Wilmans een heuse P&O-kracht. Betere regelingen en procedures kwamen tot stand voor onder meer sollicitaties, functionerings- en beoordelingsgesprekken, de jaartaken, een 'loopbaanbeleid'. Docenten kwamen vroeger nogal eens binnen via 'van horen zeggen' of het waren bekenden.

  • Petra over het begin
  • Petra over Bekwaamheidsdossier
  • Petra over betrokkenheid docenten
  • X-sluit

Petra kwam in rond 2000 contact met de Ipabo in de periode dat er trajecten voor allochtonen en Surinaamse leerkrachten aangeboden werden: de IMOA en de ISO. Zij werkte vanuit het Arbeidsbureau, afdeling Onderwijs.

De Ipabo kreeg in deze tijd duidelijk behoefte aan een P&O afdeling. Het personeelsbeleid was beperkt , maar mede door toenemende regelplicht vanuit de overheid moest dat verbeterd, geprofessionaliseerd worden. Petra werd toen benaderd en via een sollicitatieprocedure in 2001 benoemd (John Verhallen was nog Vz CvB). Zij vertelt hier iets over de begincondities.

Interview 2012; 1:45

Interview 2012; 2:05

In 2006 werd de Wet BIO van kracht (de'Wet op de beroepen In het Onderwijs'). Deze wet regelt de vaststelling van bekwaamheidseisen voor onderwijsgevenden in alle sectoren van het onderwijs, ook het HBO (maar niet het universitair onderwijs). Enkele aspecten van de wet:

  • bij AMVB wordt nu verwezen naar bekwaamheidseisen in plaats van bewijzen van bekwaamheid.
  • scholen dienen beleid te ontwikkelen voor het onderhouden van de bekwaamheid van het personeel.

De Wet BIO heeft derhalve ook consequenties voor de Hogeschool IPABO, en is zo een zorg voor de afdeling P&O. Een bekwaamheidsdossier omvat ook een CV-bestand met de kennis en vaardigheden alsmede de nascholingsactiviteiten van docenten. Hierover gaat dit fragment.

Interview 2012; 2:01

In 2004 werd de 'Noordwijkconferentie' gehouden waarbij vele docenten van de Ipabo, maar ook van andere Interactum-pabo's, aanwezig waren. In deze conferentie werd duidelijk dat het PGO-onderwijs vervangen zou moeten worden door Competentie Gericht Onderwijs (CGO). Dat betekende echter een verdere afbrokkeling van de vakinhouden en de rol van vakdocenten.

De betrokkenheid van de docenten bij de school werd vanaf dat moment duidelijk minder. De manier waarop het CGO vorm kreeg speelde daarbij ook een rol. En het heeft bovendien consequenties voor de 'voeding' van de andere, OP-afdelingen.
Hierover vertelt Petra in dit fragment.

Petra Wilmans stelt in deze fragmenten verschillende verschillende aspecten van P&O aan de orde.

 

Personeel Leeftijdsopbouw In dit decennium namen heel wat oudere docenten afscheid, die de fusiegolf van '1987' direct of indirect hadden 'overleefd'. Zij konden nog gebruikmaken van gunstige prepensioen-regelingen: de FPU en de SOP. Velen deden dat ook. De SOP bestaat -anno 2010- nog steeds.
Met het verdwijnen van de diverse oudgedienden kwamen nieuwe, jongere collega's de school binnen.
  • FPU
  • SOP
  • Sjaak Bos
  • X-sluit

FPU (Flexibel Pensioen en Uittreden), een overbruggingspensioen uitgekeerd door het ABP tussen het 55e en 65e levensjaar, het moment van ingang ter keuze van de belanghebbende. De FPU was een vorm van VUT (Vervroegde Uit Treding). Er werd -later!- bepaald dat dit gold voor hen die geboren zijn vóór 1 januari 1950. De hoogte van de uitkering was afhankelijk van het aantal dienstjaren.
De VUT-regelingen zijn in de jaren negentig gemaakt om ouder personeel op fatsoenlijke wijze te laten afvloeien en daardoor ruimte te maken voor (toen nog veelal werkeloze) jongeren. Wrang is dat jonger personeel wél VUT-premie moest betalen maar daar zelf geen gebruik meer van kon resp. kan maken.

SOP (Seniorenregeling Onderwijs Personeel), gericht op vermindering van taakomvang tegen inlevering van een deel van het loon. Zoals: vanaf 55 jaar een taakvermindering van 10 % tegen invlevering van 4 % salaris, en/of vanaf 57 jaar resp. 20 % werk- tegen 9 % salarisvermindering. Inmiddels is de SOP minder riant geworden.
De Ipabo hanteert nog steeds een ouderenbeleid. Medewerkers kunnen de werkdruk geleidelijk doen verminderen. Nog steeds maken sommigen gebruik van de SOP-regeling (in 2010 vijf).

Interview 2012; 1:37

Sjaak Bos begon in 2002 als docent beeldende vorming. Hij is ook studiebegeleider (SBL). Zijn werkplek is vooral de vestiging Alkmaar.

Sjaak is een goed voorbeeld van de carrièrelijn die docenten aan een pedagogische academie (vroeger) veel volgden. Vóór hij aan de Ipabo begon werkte Sjaak als leraar basisschool en daarna jarenlang als docent beeldende vorming aan een middelbare school voor speciaal onderwijs.
Hij kwam in aanraking met de Ipabo door contacten met Cleem Nichting (die als docent rekenen/wiskunde aan de Ipabo verbonden was). Hier vertelt hij hoe de eerste contacten met de pabo verliepen.

Meer informatie over de prepensioenregelingen, nu zo goed als verdwenen. En Sjaak Bos vertelt over zijn begin aan de Ipabo.

Personeelsbeleid vanuit financieel oogpunt. Docenten waren in vroeger tijden min of meer 'zelfstandige ondernemers'. Wat ze deden, bepaalden ze in behoorlijk grote mate zelf, uiteraard vaak in wisselwerking met (vak)collega's in het land. Geleidelijk aan worden onderwijsinhoudelijk meer bindende inhouden geformuleerd.

De betaling van het personeel werd aanvankelijk centraal vanuit het ministerie geleid, aan de hand van normtabellen. De centrale overheid heeft echter in de jaren negentig veel beleid overgeheveld naar de instellingen zelf, mét bijbehorende gelstromen. Instellingen moesten vervolgens wél verantwoording afleggen. Derhalve was het nodig dat zij een goed financieel beleid voerden. Daarbij waren er mogelijkheden 'te verdienen' aan specifieke opleidingstrajecten. Zie de tabbladen hieronder.

  • Jan over het financieel beleid
  • Jan over bekostigingssystematiek
  • X-sluit

Interview 2012; 2:35

Een beter financieel beleid waarbij ook duidelijk wordt hoe en waaraan het beschikbare geld wordt besteed, is nodig voor de externe en interne verantwoording.
In de jaren negentig was daar aanvankelijk weinig oog voor. Maar mede vanuit de financiële administratie werd gewerkt aan een duidelijke structuur.
Vanuit het algemeen overleg tussen ministerie, besturenkoepels en vakbonden werd in deze jaren een duidelijke structurering van de taken van een docent WO, HBO etc. alsmede van een leraar basisonderwijs opgesteld.
Er kon daardoor een kwantificeerbare normjaartaak worden geformuleerd, waardoor het CvB beter inzicht kreeg in de taakstellingen van de instelling én een duidelijker beleid kon voeren. Daarover gaat dit fragment.

Interview 2012; 2:31

De instellingen werden door de overheid tot 2011 bekostigd via de zogenaamde onderwijsvraagfactor (OVF). Voor een afgestudeerde student kreeg de instelling 4,5 jaar bekostiging, voor een uitvaller slechts 1,35 jaar. Er werd door het ministerie achteraf afgerekend, met een 'vertraging' van twee jaar.

Wanneer een student na 4,5 jaar afstudeerde kreeg men 100 %. Wanneer deze echter 9 jaar erover deed, kreeg de instelling slechts 50 %! Daarom 'kostte' een langstudeerder de instelling dus geld.
Omgekeerd: wanneer een student sneller afstudeerde, 'verdiende' de instelling daaraan. Vandaar dat 'versnelde ' en 'verkorte cursussen' voordelig waren

Over deze bekostingssystematiek gaat dit fragment.

Op de tabbladen stelt Jan Kolk enkele financiële aspecten aan de orde.

Personeelsuitje. Elk jaar werd een 'dagje uit' georganiseerd voor het gehele personeel. Het was een traditie die vanaf de begin van de Ipabo in ere gehouden werd. De organisatie werd wel steeds complexer door het grote aantal mensen en met hun uiteenlopende wensen. Meestal ging men per bus naar een bepaalde locatie om vandaar diverse activiteiten te ondernemen. De organisatie werd elk jaar weer door anderen gedaan.

Personeelsuitje Den Haag

Personeelsdag in Den Haag, juni 2005, organisatie onder leiding van Kjell Wagner, die in "'t Haagje" woont. Met meer dan honderd collega's poseren bij het monument op Plein 1813! In het midden met geelbruin overhemd: toenmalig VzCvB Maarten Denters. Twee plaatsen links van hem, met armen over elkaar, lidCvB Jan Jobse.

Keukendienst

De -veelal- dames van de keukendienst waren en zijn vaak 'bindende' figuren, voor zowel studenten als docenten. Ze hoorden heel wat verhalen en waren nogal eens goed geïnformeerd! Ze brachten gezelligheid, door velen op hoge prijs gesteld.
Heel wat studenten hebben in het verleden van harte geassisteerd bij feesten, bij diplomeringen, bij speciale gelegenheden. Dank!

  • Amsterdam
  • Alkmaar
  • X-sluit

Thea

In het begin van de Ipabo (1987) werd de keuken bemenst door Thea. Zij was afkomstig van de VRA.

Later werd de keukendienst waargenomen door 'good old' Beppie van Leur (links), met assistentie van onder meer Agaat Bank (rechts). Hier delen ze taartjes uit ter gelegenheid van de verjaardag van Jan Jobse (ga over de foto).

Muriel Holler (links, keukenprinses) en Ruud Besteman (conciërge, alleskunner), bindende steunpilaren voor de Ipabo-Alkmaar. Zij bewerken in hoge mate de goede sfeer.

Muriel Holler, Française, is al in 1992 op de Ipabo Alkmaar begonnen, toen nog de kleine school aan de Van de Veldelaan. Zij heeft de sterke groei en de verhuizing naar de Gabriel Metsulaan meegemaakt. ZIj vertelt daar iets over.

the player will be placed here

Interview 2012; 2:11 (audiofragment)

Ruud Besteman begon in 2003 aan de Ipabo. Hij en Muriel vertellen hier over de aparte sfeer aan de Ipabo-Alkmaar.

the player will be placed here

Interview 2012; 1:05 (audiofragment)

Op de tabbladen enkele keukenprinsessen...

In Amsterdam werd in dit decennium de keukendienst uitbesteed, verpacht. Dat kwam de sfeer niet echt ten goede. In Alkmaar bleef tot genoegen van velen de oude, vertrouwde, situatie bestaan.

Afdelingen

Met Maarten Denters kwam een verdergaande organisatie en formalisering van de schoolstructuur.

  • thuisgroepen: organisatorische eenheid voor vaksecties, het OP en de nieuwe Leeromgeving, waartoe onder andere de mediatheek wordt gerekend mét ICT-onderwijs. ICT-facilitair wordt van 'Onderwijs' gesplitst tot een zelfstandige groep. Doel was zoveel mogelijk autonomie ('zelfsturing') van deze groepen te bewerkstelligen.
  • roosterbureau: tot dan was het samenstellen van het rooster een taak van Fokko Schroten (manager lesplaats Alkmaar). Nu kwam daarvoor een aparte functionaris Michel Schwartz met later enkele assistenten (Josien, Norbert).
  • afdeling P&O (Personeel en Organisatie) wordt opgezet, die, tegen de achtergrond van de toenemende regelgeving, steeds belangrijker wordt.
  • administratie werd gesplitst in de financiële en de studenten-administratie.
  • stagebureau, regelt allerlei stages, 'hoofd' Wieke Bosch kreeg ondersteuning kreeg van onder meer Bernard Broodbakker.
  • interne dienst, omvattend conciergerie, huishoudelijke dienst, catering etc.
  • PR, met taken als presentatie, werving, acquisitie
  • bureau internationalisering
  • B & K: Bedrijfsopleidingen en Kennisdienstverlening, mede gericht op het bemiddelen en verwerven van 'in-service opleidingen' en educatieve kennisdienstverlening richting het 'afnemende veld'. B & K was de opvolger van de Nascholing uit de voorgaande decennia.
    De activiteiten richtten zich op drie gebieden:
    • Post HBO-opleidingen, met onder andere Zorgverbreding, Visies op onderwijs en vakgebieden
    • Management en kwaliteitszorg
    • Training en coaching, met onder andere School Video Interactie Begeleiding (SVIB)