1970-1979

 

 

 

 

Het Katholiek Schoolblad was het tijdschrift van de KOV, de Katholieke Onderwijzers Vereniging, die later opgegaan is in het CNV. Genoemd artikel verscheen op 13 september 1975, ter gelegenheid van de grote reünie die later gehouden werd.

"Lochem I, II en III"- dit slaat op bijeenkomsten in Lochem gehouden over de voorgenomen structuurveranderingen van PA en KLOS. (ca 1970-1976)

 

ModestinusLenders75
Br. Modestinus was de laatste Broeder-Directeur. Hij nam in 1970 ontslag, trad uit het klooster en in het huwelijk als de Heer Drs. Lenders (hier in 1975).

 

John Verhallen 75
John Verhallen, adjunct vanaf 1975, hier met een smakelijk sigaartje.

 

HermanTervoort
Herman Tervoort (pedagogiek) werd in 1976 toegevoegd adjunct.

 

 

Jeannette
Docente handenarbeid Jeannette Visser maakte de plaquette in de hal, naar een ontwerp van Jo van de Pavert.

 

 

Henri Heuvelmans achter zijn vleugel in zijn werkkamer (2011). Ga met de muis over de foto om Henri te zien in 1976 met zijn collega Jaap MacLaine Pont.

 

 

Betamax Sony

In de jaren zeventig wordt het Sony Betamax videosysteem ge?nstalleerd. In deze tijd is er een concurrentieslag tussen diverse videosystemen. Betamax verliest, VHS wint. Op de derde etage werd in vier lokalen een grote monitor geplaatst, in de studio kwamen camera's en opname-/afspeel apparaten. Ook werd er een cursus 'Video' georganiseerd voor docenten é n studenten.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De School

Veranderingen, Groei en Krimp, Experiment IV

De PA's, ook Magister Vocat, verkeren in een overgangsfase. Allerwegen zijn er veranderingen gaande. Veranderende opvattingen jegens onderwijs en opvoeding vragen om organisatorische veranderingen. De maatschappij verandert, en de school ook.

Veranderende school in een vergrotende wereld

Jo van de Pavert schrijft in het Katholiek Schoolblad:

"Vroeger was Den Haag ver, de inspectie dichtbij, het schoolbestuur onbekend, de directeur het uitsluitend bevoegd gezag. Zelden kwam er een schrijven binnen. We hadden een simpele stencilmachine. Dat is nu anders. Nieuwe ministeries, nieuwe visies op onderwijs en opvoeding, Lochem I en II en III houden je in onzekerheid, er zijn nu pedagogische centra, agogische begeleidingsdiensten, commissies bij de vleet, stuurgroepen; en elk brengt zijn advies en zijn conclusies aangaande een project uit, dat miljoenen kost, dat meter hoge stapels paperassen oplevert, die weer de aandacht opeisen en daarmee de tijd van een docent die aan zijn gewone taak al de handen vol heeft."
"Vijfentwintig jaar geleden waren er jaarlijks drie schoolvergaderingen: de rapportenvergaderingen. Nu kun je ziek worden van de welhaast wekelijke besprekingen, vergaderingen, met o wonder steeds nieuwe overvolle agenda's. Waar haal je de problemen vandaan?"

Regelingen

In de jaren zeventig komen er meer en meer interne regelingen, zoals gedetailleerde roosters waarin werk- en themaweken worden opgenomen. Regelingen voor tentamens, regelingen voor de academieraad, nauwkeurige omschrijvingen van de examens (afkomstig van de Inspectie Opleidingen kleuter- en lager onderwijs). Ook wordt nu gevraagd om duidelijke lesprogramma's. Daartoe komen er vaksecties met een bijbehorende sectievoorzitter.

Sommige docenten zuchten onder deze 'ongevraagde bureaucratisering'. Al deze veranderingen vragen om intensief overleg. Er worden dan ook docentenstudiedagen georganiseerd, meestal drie dagen búiten het eigen instituut omwille van de saamhorigheid. Vooral de dagen gehouden in Renkum zijn nog lang in de herinnering gebleven, al was het lang niet altijd vanwege de onderwijs-inhouden. Zo was de bar een populaire verblijfplaats....

Groter gebouw

Het gebouw wordt uitgebreid met de 'zijvleugel', waar de Mgr. Ruttenschool was gevestigd, een school voor LEAO (voorheen VGLO). Dit gebouw was eveneens ontworpen door Steenhardt Carré en werd ook beheerd door de Broeders van Maastricht. Al eerder had Magister Vocat hier enkele lokalen kunnen huren, en nadat de LEAO vertrok, kon Magister Vocat dit gebouw definitief 'inlijven' (1973).

School rond 1970
Het Schoolgebouw rond 1970. De Jan Tooropstraat was nog autoluw. Lang niet alle docenten kwamen met een automobiel, zoals de broeders.... (foto: Paul van Agten).

Veranderingen in het personeelsbestand

Henk Smit 75Nadat Modestinus Lenders in juli 1970 ontslag nam, werd Henk Smit de eerste leken-directeur (1970-1975, rechts), een nog jonge man (31) die bij zijn aantreden al zegt dit werk voor vijf jaar te doen. Theo Smits (Nederlands) wordt adjunct en Br Angelicus Holtkamp (pedagogiek) 'toegevoegd' adjunct.

Wanneer in 1975 Henk Smit terugtreedt om de eerste secretaris van de pas opgerichte HBO-raad te worden, wordt Theo Smits directeur, met John Verhallen (Nederlands) als eerste adjunct. En als Br Angelicus in 1976 zijn functie neerlegt, neemt Herman Tervoort (pedagogiek) zijn plaats over.

Docenten 1976 Personeel, directie en bestuursleden in juni 1976 op het toenmalige bordes. Centraal vooraan: directeur Theo Smits. Ga over de gezichten (bij de meeste docenten zijn de namen aangegeven). Magister Vocat had tegen de 40 docenten in dienst - een schril contrast met het aantal van 16 tien jaar hierv??r! (Foto: Piet van Zon).

De school wordt begin jaren zeventig snel groter. De Havo-afdeling heeft voor de beide leerjaren elk twee parallelklassen, de PA-afdeling heeft voor elk leerjaar drie en zelfs enige tijd vier parallelklassen. Het aantal personeelsleden neemt navenant toe. In 1970 zijn er 24 personeelsleden met in totaal 330 leerlingen. In 1976 wordt het hoogtepunt bereikt met ruim 40 personeelsleden met bijna 360 leerlingen (93 Havo, 265 PA). Het kon niet op! Maar tegen het einde van het decennium zakte het aantal leerlingen ver terug.

Veranderingen in bestuur

PlaquettePer 1 januari 1974 dragen de Broeders het bestuur over aan de nieuwe Stichting Katholieke Pedagogische Academies Amsterdam e.o. Dit bestuur telt nog enkele religieuzen, maar het bestaat nu voornamelijk uit leken. Deze Stichting gaat vanaf nu de beide katholieke PA's in Amsterdam besturen. Aan de Broeders van Maastricht wordt blijvend dank betuigd in de vorm van een gedenktegel in de hal (bij binnenkomst in de hal aan de rechtermuur, ga met de muis over de afbeelding). Het is naar een ontwerp van Jo van de Pavert gemaakt door Jeannette Visser, docente handenarbeid.
Enkele jaren later knoopte dit nieuwe Stichtingsbestuur nauwe banden aan met het Bestuur van de RK Klos, gevestigd aan de Vlaardingenlaan 3. Het leggen van contacten paste binnen de toekomstige ontwikkeling van de nieuwe, geïntegreerde lerarenopleiding ('Lochem'). Dit Stichtingsbestuur startte op 1 januari 1982.

Plaquette

Onderwijsstructuur

De beroepsopleiding bestaat nu uit drie jaar.

De eerste twee jaren is een algemene beroepsopleiding met gemiddeld één dag stage in de week en drie tot vier dagen lessen. De meeste vakken besteden nu veel aandacht aan de didactische aspecten van het vak. Methodes (zowel boekjes als de manieren waarop -ermee- gewerkt wordt) komen volop aan de orde. Er ontstaan nu ook dwarsverbanden tussen vakken. Zo komt de "Bang-groep" van de grond: een samenwerkingsverband tussen Biologie, Aardrijkskunde, Natuurkunde, Geschiedenis.

Het derde jaar bevat de 'kernvakken': pedagogiek en hulpwetenschappen waaronder algemene didactiek, Nederlands, Cuma (soms ook KCML genoemd). Daarnaast kiezen de studenten één vak uit de 'zaakvakkencluster' (de bangvakken plus rekenen-wiskunde), en één vak uit de 'expressievakkencluster' (tekenen, handenarbeid, textiele werkvormen, muziek, gymnastiek of nu ook Lichamelijke Opvoeding, LO, geheten). In de twee gekozen vakken 'specialiseren' de studenten zich, vandaar dat dit derde jaar ook het specialisatiejaar wordt genoemd. Doel van deze opzet was dat de student op deze wijze in zijn latere praktijk de zorg van 'zijn' vakken op de lagere school op zich kon nemen.

Aan het einde van dit derde jaar wordt het eindexamen afgenomen. Daarbij maakt de student een afstudeerscriptie voor een vak- of vakkengebied naar keuze. De kennis en kunde van de studenten

  • Henri Heuvelmans over zijn vak
  • X-sluit

Henri vertelt over het vak 'Muziek'.

Interview 2011; 1:52

Henri Heuvelmans begon in 1973 aan 'Magister Vocat' als muziekdocent, ter vervanging van de zieke Gerard Peelen.
In deze jaren kozen derde jaars studenten twee specialisatievakken (één 'zaakvak' en één 'expressievak').
Doel was dat de student later als een soort 'vakleerkracht' het betreffende vak op de lagere school vorm zou geven dan wel het vak 'bewaken'. Studenten hadden dan ook flink wat lesuren in deze specialisaties. De gestelde eisen waren vaak hoog.

Muziekdocent Henri Heuvelmans over het vak Muziek in de jaren zeventig.

 

Technologische ondersteuning

In 1976 wordt video op grotere schaal ingevoerd. Een ' videocommissie' had zich bezig gehouden met vragen als: 'hoe bedien je de apparatuur?' en zeker ook met 'Hoe maak je een video?' en vooral: 'Wat doe je ermee in het onderwijs?'. Op grond van een uitgebreid rapport van deze commissie wordt een uitgebreid videosysteem geïnstalleerd op de derde verdieping. Het kost ruim 35 000 gulden.
Eén klaslokaal wordt later omgebouw tot media-ruimte, waarin vooral cassetterecorders en grote hoofdtelefoons te vinden zijn. Pedagogiekdocent Paul Diderich specialiseert zich op dit terrein.
Het videosysteem werd wel gebruikt, maar toch minder dan verwacht. Niet elke gebruiker (lees: docent) is handig met de apparatuur, en het verhuizen van een klassegroep stuitte op bezwaren.

Lochem en het Experiment

In de loop van de jaren zeventig wordt in Lochem (Overijssel) overlegd door verschillende partijen om de opleidingen tot onderwijzers en kleuterleidsters op elkaar af te stemmen. Dat overleg paste bij het voornemen de kleuterschool en de lagere school samen te voegen tot één schooltype, de basisschool. Daardoor zou de ontwikkeling van kinderen veel geleidelijker, minder verstoord en meer begeleid, kunnen verlopen. De PA en de KLOS kwamen nauwelijks op elkaars gebied. De kleuter was voor de gemiddelde onderwijzer(es) een vreemd wezen, dat men nauwelijks zag. En omgekeerd zette de kleuterleidster amper een voet in de lagere school.

Het Lochemse overleg verliep in verschillende fasen. Lochem III was de laatste en meest belangrijke, omdat in het betreffende rapport de integratie PA met KLOS voorgesteld en beschreven werd (1974). Na overleg met 'het veld' ('Steungroep Lochem') bood in juni 1975 het eindrapport over de structuur van de nieuwe, ge?ntegreerde opleiding aan de minster aan (Van Kemenade).

  • Lochem
  • Jaarindeling
  • X -sluiten

Op basis van het Lochem III-rapport wordt vervolgens:

  • de spreiding van de nieuwe opleidingen over het land besproken. De (katholieke) identiteit is daarbij een belangrijk aandachtspunt. Later zal dit spreidingsplan de naam 'Vlekkenplan' krijgen.
  • een viertal deelexperimenten opgezet. De minister stelt daarvoor geld ter beschikking. De bestaande scholen kunnen een van deze experimenten aanvragen. In mei 1976 hebben 63 scholen een experiment aangevraagd. De experimenten zijn:
    • Deelexperiment I - Stageorganisatie en -inrichting
    • Deelexperiment II - Service-training
    • Deelexperiment III - Clustering
    • Deelexperiment IV - Toetsing en Diplomering. Hiervoor opteert Magister Vocat.

De experimenten zouden enkele jaren duren. De ervaringen zouden te zijner tijd worden opgenomen in een definitieve opzet van de nieuwe, geïntegreerde opleiding.

Magister Vocat wilde graag Deelexperiment IV toegewezen krijgen. Het paste goed omdat men al veel langer de wens had om veranderingen in de organisatie door te voeren, vooral het jaarklassensysteem te doorbreken en de opleiding flexibeler te maken, ook in studieduur.

Het Experiment kreeg de naam 'Toetsing en Diplomering'. Doel was het ontwikkelen en testen van een gefaseerde opleiding door:

  1. het aanbieden van een systeem waarin de student het eigen studietempo mede kan bepalen
  2. het aanbieden van studiefasen die de student absolverend kan afsluiten.

Na zeer intensieve arbeid kon het Raamplan aan de minister worden aangeboden. Het experiment werd -na wat gedoe- toegewezen en startte in het cursusjaar 1977-1978 en werd in de volgende jaren voortgezet en bijgesteld. Jaarlijks werd een rapportage uitgebracht en werden gesprekken met vertegenwoordigers van het ministerie gehouden. In dit eerste jaar trad John Bakker op als co?rdinator, later nam Jan Jobse deze functie over.

Enkele aspecten van 'Toetsing en Diplomering':

  • Propedeuse duurt ??n jaar, postpropedeuse minimaal 1,5 jaar en maximaal 2,5 jaar. Het afsluiten van beide fasen is aan strenge voorwaarden gebonden.
  • Afstuderen is per maand mogelijk. De eerste keer was in in februari 1980 en betrof vijf studenten.
  • Rekenen werd een kernvak, en hoorde dus niet meer bij de 'keuze-zaakvakken'; en werd uitgebreid tot 'wiskunde' door de grote aandacht voor het Wiskobas-project.
  • Docenten kregen verschillende taken, en werden onder meer studiebegeleider, óók op de stageschool.
  • Er kwam een stevig administratief systeem, waarbij tentamenbriefjes werden gebruik en een puntensysteem werd ontworpen en bijgehouden.
  • Binnen de school, nu 'instituut' genaamd, kwam een overlegsysteem
  • Evaluatie en ondersteuning werden geboden door onder meer het KPC.

Je kunt zeggen dat dit experiment al veel weg had van de latere Pabo-opzet en heel lang doorgewerkt heeft in de studie-opzet.

Teneinde een overzichtelijk structuur te maken werd het bovenstaande jaarschema ge?ntroduceerd. Het werd lang niet altijd 'r?cksichtlos' gehanteerd, maar als basis heeft het nog lang gefunctioneerd, in de KPA-periode en nog tot diep in de Ipabo-tijd.

Druk op het tabblad 'Lochem' om meer te lezen over het Experiment