De eerste jaren van WOII
Maatregel na maatregel
Waar kreeg de HKS in de eerste oorlogsjaren mee te maken?
De nazi Seyss-Inquart werd Rijkscommissaris voor Nederland
Nadat Nederland in mei 1940 bezet werd door Nazi-Duitsland, benoemde Hitler dr. A.Seyss-Inquart
tot "Reichskommissar für die besetzten niederländischen Gebiete"-'Rijkscommissaris voor de
bezette Nederlandse gebieden'. Hij was dus een soort 'zetbaas' voor de duitsers.
De bezettende macht versterkte steeds meer
zijn greep op de nederlanders
De duitsgezinde regering in Den Haag kondigde al gauw na de bezetting maatregel na maatregel af,
om steeds meer greep te krijgen op de nederlandse samenleving.
Maatregelen die ook de kweekscholen raakten worden hieronder besproken...
Verboden boeken
Verbond van Anti-Duitse boeken
De eis dat boeken, die als anti-Duits opgevat kunnen worden uit bibliotheken en boekenlijsten moeten verdwijnen.
Zo werd het kinderboek De Zoon van Dik Trom verboden omdat daarin voorkomt dat tijdens een spel
een kind uitroept 'Weg met de Duitschers!'.
Klik op de
webpagina 'Verboden en omstreden boeken'
van de site 'Antiqbook' voor meer informatie.
In een brief van 28 september 1940 brief van 28 september 1940 aan kweekschooldocenten, werd geëist dat leermiddelen, die anti-Duitse gedeeltes bevatten, aangegeven moesten worden.
Verklaren dat je geen Jood bent
De Ariërverklaring - verklaring 'niet-jood' te zijn
Alle ambtenaren en onderwijsgevenden moesten verklaren dat ze geen jood waren.
Deze duitse maatregel gaf grote beroering, ook op de HKS. De grote protestantse kerken
verzochten gezamenlijk aan Seyys-Inquart intrekking van de maatregel.
Nadat hieraan geen gehoor werd gegeven, adviseerden de christelijke schoolorganisaties
uiteindelijk toch maar de Ariërverklaring te tekenen. Dit om het voortbestaan van het christelijk onderwijs
niet in de waagschaal te stellen.
Bijna iedereen tekende. Slechts enkelen bekritiseerden de houding van de schoolorganisaties.
Verklaren dat je gehoorzaam zult zijn aan de overheid
en dat je niets zult ondernemen tegen Duitse instanties.
De loyaliteitsverklaring - verklaring loyaal te zijn aan de Rijkscommissaris en duitse organen
Het volgende moest door leerkrachten worden ondertekend:Ook studenten aan een universiteit of hoge school moesten ook een loyaliteitsverklaring ondertekenen, getuige waarschuwingen in kranten waarschuwingen in kranten die duidelijk dreigementen inhouden als men niet op tijd tekent.
Joodse schoolkinderen naar afzonderlijke scholen
Joodse kinderen gedwongen naar aparte scholen
Voor Joden werden steeds meer publieke gelegenheden ontoegankelijk. Anti-Joodse maatregelen
werden steeds meer aangescherpt.
In 1941 werd bepaald dat Joodse schoolkinderen naar afzonderlijke scholen moesten.
Rijksbijdrage HKS ingetrokken
Dreigende sluiting
Dreigende opheffing van de HKS in 1942
De HKS werd op 12 augustus 1942 opgeschrikt door een brief, waarin de kweekschool, naast tien andere
per 1 september geen rijksbijdrage meer zou krijgen, dus gesloten worden. De docenten zouden wachtgeld krijgen.
Er zat niets anders op dan: opheffen of combineren met de Gereformeerde Kweekschool (GKS),
die wel mocht blijven bestaan. Een poging tot dit laatste mislukte echter.
Opheffing van de HKS lijkt dus onvermijdelijk.
Van Hulst vertelt ...
Nadat bekend werd dat de HKS zou worden opgeheven wilde de directeur en docenten van de GKS helpen om HKS leerlingen bij de GKS onder te brengen.
Het GKS bestuur wilde dit echter niet.
Van Hulst vertelt over de hulp die de directeur van de GKS wilde bieden en dat het GKS-bestuur dat verbood
De HKS ongesubsidieerd verder
Van Hulst wordt directeur.
De HKS blijft bestaan, maar zonder subsidie
De toenmalige onderdirecteur Van Hulst, hield de brief tegen die het bestuur van plan was naar de overheid te sturen, waarin bevestigd werd dat de kweekschool haar onderwijs zal beëindigen. De brief lag al klaar om verstuurd te worden.
Van Hulst nam toen het initiatief om de HKS zonder rijksbijdrage te laten voortbestaan. Hij wist het bestuur achter zich te krijgen. Na het wegvallen van de subsidie moest het bestuur echter wel genoeg financiële garantie hebben om de verantwoordelijkheid voor de HKS te blijven dragen. Van Hulst wist dit te regelen door een samenwerking met de kerkeraad van de Hervormde Kerk te construeren. De hervormde gemeente stelde zich garant, maar gaf geen vaste subsidie. Wel gaf zij voorschotten. Zo was er een basis voor de HKS om verder te kunnen gaan.
Maar dan moest er wel tot het uiterste bezuinigd worden. Dit hield in, dat de leraren met het grootste aantal
dienstjaren wachtgeld zouden aanvragen en de overigen de lessen in alle vakken op zich zouden nemen,
zonder te kunnen rekenen op eventuele salarisverhoging.
Ook directeur Snoep ging met wachtgeld, mede vanwege huiselijke omstandigheden.
De school ging in afgeslankte vorm en zonder subsidie door onder leiding van Van Hulst, die Snoep opvolgde als directeur.
Behoud van examenrecht
De HKS bleef zijn examenrecht behouden, ondanks zijn onofficiële en ongesubsidieerde status
Het levensgrote probleem, die nog overbleef, was de vraag of de school zijn recht op afname van schoolexamens nog zou hebben. Dit probleem werd uiteindelijk opgelost.